OVERZICHT VAN BATEN EN LASTEN EN DE TOELICHTING

Baten en lasten in de jaarrekening per programma

bedragen x € 1.000

Begroting voor
wijziging 2021

Begroting na
wijziging 2021

Rekening
2021

%

Verschil

Baten

69.952

73.329

68.894

94%

-4.436

Lasten

244.941

253.647

235.344

93%

18.303

Saldo baten en lasten

-174.989

-180.318

-166.450

92%

13.868

Onttrekkingen aan reserves (baten)

365

1.652

1.502

91%

-150

Toevoegingen aan reserves (lasten)

385

2.980

3.517

118%

-537

Saldo verrekening met reserves

-20

-1.328

-2.015

152%

-688

Totaal resultaat

-175.009

-181.645

-168.466

93%

13.180

bedragen x € 1.000

Programmalijn Gezond en Vitaal

Begroting voor
wijziging 2021

Begroting na
wijziging 2021

Rekening
2021

%

Verschil

Baten

3.148

3.615

3.150

87%

-465

Lasten

14.546

14.852

14.784

100%

68

Saldo Gezond en Vitaal

-11.398

-11.237

-11.635

104%

-398

Programmalijn Gezond & Vitaal
De afwijkingen in deze programmalijn zijn allen Covid gerelateerd,  de toelichting op de afwijkingen treft u dan ook aan in de Covid paragraaf.

bedragen x € 1.000

Programmalijn Meedoen

Begroting voor
wijziging 2021

Begroting na
wijziging 2021

Rekening
2021

%

Verschil

Baten

51.167

56.667

53.320

94%

-3.347

Lasten

97.465

106.693

97.824

92%

8.869

Saldo Meedoen

-46.298

-50.026

-44.504

89%

5.522

Programmalijn Meedoen

Gemeenschapsaccommodaties € 663.000 nadeel op de lasten  (voornamelijk corona- gerelateerd) en € 137.000 nadeel op de baten
Voor een toelichting op de lasten wordt verwezen naar de Covid paragraaf. Het nadeel op de baten wordt verklaard door lager gerealiseerde huurinkomsten. Dit tekort is inmiddels structureel en was grotendeels voorzien bij FinRap 2021.

Algemene Voorzieningen WMO en Jeugd € 700.000 voordeel op de lasten (waarvan  € 577.000 corona-gerelateerd)
Het niet corona-gerelateerde deel van dit resultaat ( € 223.000) is verklaarbaar vanuit substitutie met regionale middelen (preventie jeugd),  vanuit vertraging in projecten wegens ontbrekende landelijke kaders bij nieuwe Inburgeringswet en door meevallers op de verwachte kostenstijgingen. Daarnaast is sprake van onvoorziene terugbetalingen.

Inkomensondersteuning € 2.368.000 nadeel op de baten € 6.494.000 voordeel op de lasten
De jaarrekening 2021 laat een groot nadeel op de baten en een nog veel groter voordeel op de lasten zien. Grotendeels aan de baten kant wordt dit verklaart door bijstelling door het Rijk op het zogenaamde macrobudget (vanwege betere economische ontwikkeling dan eerder verwacht). En aan de lastenkant verklaart door een overtreffing van de effecten van die landelijke verwachtingen op de Venlose bijstandspopulatie, waardoor we er gedurende het kalenderjaar 2021 in geslaagd zijn om het aantal benodigde bijstandsuitkeringen met 6% ten opzichte van 2020 te laten dalen.
Het ligt niet in de lijn der verwachting dat deze bovengemiddelde ontwikkeling zich net zo hard voort zal zetten, aangezien binnen het afgenomen bijstandsbestand wel sterke groei is van het aandeel moeilijk(er) bemiddelbare uitkeringsgerechtigden.
Bij de FinRap 2021 zijn de jaarrekening effecten grotendeels voorzien. Het voordeel op de lasten is vanwege een steviger dan verwachte uitstroom in Q4 2021 hoger dan verwacht.

Leningen BBZ € 640.000 nadeel op de baten € 862.000 voordeel op de lasten
Waar het product leningen BBZ betreft, betreft dit sinds corona grotendeels de zogenaamde TOZO-coronasteunregelingen voor zelfstandigen. In 2021 zijn zowel minder baten als lasten gerealiseerd, grotendeels te verklaren vanuit de dynamiek rond dit dossier. Het saldo van deze regelingen blijft gereserveerd voor 2022. Niet bestede middelen vloeien terug naar het Rijk.
Bij de FinRap 2021 zijn voormelde resultaten niet voorzien, mede omdat het uit te voeren corona-maatregelingen betreft die voor rekening en risico Rijk blijven.

Armoedebeleid € 398.000 voordeel op de lasten
Het armoedebeleid laat in 2021 een budgettaire onderbenutting zien. Er is meer gebruik van bijzondere bijstand gemaakt, maar van de Tijdelijke (rijks)regeling voor Ondersteuning voor Noodzakelijke Kosten (TONK) is juist minder gebruik gemaakt. Op het onderdeel schuldhulpverlening laat de werkwijze om meer op budgetbeheer dan op bewindvoering te focussen een verlaging van kosten zien. Daarnaast zien we dat als gevolg van de verminderde toegankelijkheid (corona), ook het aantal klantcontacten van onze gecontracteerde schuldhulpverleningspartner minder is geweest dan verwacht.
Bij de FinRap 2021 hebben we dit lastenvoordeel niet in deze mate voorzien, mede omdat de verwachtingen voor wat betreft beroep op de corona-maatregel TONK hoger lagen dan in Q3 en Q4 werkelijkheid bleek te worden.

Wet Sociale Werkvoorziening € 915.000 voordeel op de lasten (waarvan een nadeel van € 231.000 corona-gerelateerd)
Naast het in de corona-paragraaf toegelicht corona-nadeel ad € 231.000, is op dit product nog een tweetal voordelen in 2021 gerealiseerd. Allereerst een structurele verlaging van de gemeentelijke tekortfinancieringsbijdrage vanaf 2021. En voorts een veel hogere uitstroom uit de Wsw dan vooraf verwacht, ook deels verklaarbaar uit een nieuwe CAO in 2021 waarin onverwacht een vervroegde uittredingsmogelijkheid is gecreëerd. In combinatie met enkele kleinere ontwikkelen (zoals ook CAO-gerelateerd rondom het Lage InkomensVoordeel) resulteert dit in genoemd voordeel op de lasten.
Bij de FinRap 2021 hebben we een lastenvoordeel van € 402.000 voorzien. De verhoogde uitstroomeffecten ten gevolge van nieuwe CAO-mogelijkheden waren indertijd niet in deze mate voorzien.

Re-integratie € 131.000 nadeel op de lasten
Vanuit dit product worden de lasten bekostigd die de gemeente doet er inspanning en bekostiging van het toe of terug naar werk leiden van werkzoekenden. Zowel vanuit sociaal als financieel oogpunt een belangrijk middel.
In 2021 hebben we, deels ten gevolge van corona, minder aandacht en inzet op re-integratie kunnen zetten dan gewenst. Desalniettemin is in totaal nog steeds € 131.000 meer uitgegeven dan begroot. Corona heeft in dit geval de verdere over realisatie getemperd.
Het jaarrekeningresultaat is conform de bij FinRap 2021 afgegeven prognose.

Zelf- en samenredzaamheid € 162.000 voordeel op de lasten
De afwijking ten opzichte van begroting was grotendeels reeds voorzien bij FinRap 2021 en bestaat inhoudelijk uit lagere uitgaven op vrijwilligersbudget, lagere uitgaven op de mantelzorgpas en een voordeel uit de actualisering van de subsidieregel Jeugd

bedragen x € 1.000

Programmalijn Ontplooiing

Begroting voor
wijziging 2021

Begroting na
wijziging 2021

Rekening
2021

%

Verschil

Baten

6.832

5.902

6.197

105%

295

Lasten

17.713

17.280

16.315

94%

965

Saldo Ontplooiing

-10.881

-11.378

-10.118

89%

1.260

Programmalijn Ontplooiing

Peuteropvang/onderwijsachterstanden  € 435.000 voordeel op baten en € 154.000 nadeel op lasten
In 2021 is de aanpak onderwijsachterstanden verder geïntensiveerd.  Uitgaven ten behoeve van het gemeentelijk onderwijsachterstanden beleid vinden plaats middels een specifieke uitkering.
Het saldo op dit product is € 281.000 voordelig. Dit wordt veroorzaakt doordat de geplande activiteiten ten behoeve van onderwijsachterstanden hebben plaatsgevonden  vanuit de specifieke uitkering. Hierdoor komen de niet geoormerkte middelen ten gunste van het resultaat. Dit is bij de FinRap 2021 reeds gemeld. Tevens is er voor gekozen om de ambtelijke inzet (capaciteit) ten laste te brengen van dit budget waardoor het voordeel dat hierdoor ontstaat ten gunste komt van het resultaat.  

Volwassenen educatie  voordeel € 154.000 op de lasten
De gemeente Venlo ontvangt als centrum gemeente de regionale middelen voor aanpak laaggeletterdheid. Deze middelen worden beschikbaar gesteld middels een decentralisatie uitkering. In 2021 zijn de desbetreffende regionale middelen in het resultaat van de gemeente Venlo terecht gekomen omdat deze onder andere als gevolg van corona niet (volledig) ingezet konden worden. Via een resultaatbestemmingsverzoek zal verzocht worden om deze middelen in 2022 te besteden aan Regionale taken.

Bovenschoolse zorgvoorziening voordeel € 235.000 op de lasten
De onderbesteding op dit budget ontstaat doordat de betaling beëindiging Bovenschoolse zorgvoorziening (BZV) lager is uitgevallen dan begroot. De instandhouding van deze voorziening is door het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs beëindigd. Onderwijsgemeenschap Venlo en Omstreken (OGVO) heeft in het verlengde hiervan de voorziening Pitstop opgestart. Pitstop is een bovenschoolse voorziening binnen OGVO om jongeren welke (tijdelijk) vastlopen binnen het onderwijs te begeleiden naar een passende onderwijsplek door te werken aan persoonlijke doelen. De aanpak Pitstop heeft in 2021 haar bestaansrecht bewezen.  In lijn met de afspraken welke indertijd over de bijdrage BZV zijn gemaakt, zal ook een financiële bijdrage richting Pitstop worden opgepakt.

Leerlingenvervoer € 400.000 voordeel op de lasten (waarvan € 50.000 corona-gerelateerd)
Er is intensief ingezet om gebruik te maken van de aanwezige zelfredzaamheid bij ouders/verzorgers/leerlingen. Dit heeft geleid tot een groter financieel effect dan bij de FinRap 2021 was voorzien (€ 350.000). Voor de toelichting op de corona-afwijking wordt verwezen naar de Covid paragraaf. In verband met de corona-lockdown zijn er minder ritten geweest (sluiting scholen) hierdoor ontstaat een onderbesteding (€ 50.000)  
Voor 2022 wordt in verband met een nieuwe aanbesteding wel een kostenstijging verwacht, waarop binnen de begroting 2022  is geanticipeerd.

RMC Regionaal Meld- en Coördinatiefunctie voordeel € 128.000 op de lasten.
Deze onderbesteding (€ 128 k) is voornamelijk verklaarbaar doordat  in 2021 regionale middelen voor dit doel zijn ontvangen, die voor wat betreft het Venlose deel ervan nog niet zijn besteed omdat die in samenhangende aanpak met jeugdwerkloosheid zouden worden opgenomen. Deze aanpak is nog niet gerealiseerd. Deze onderbesteding heeft geen invloed op resultaat exploitatie omdat de middelen gereserveerd blijven (via reserve) zodat de aanpak in 2022 kan worden gerealiseerd.

bedragen x € 1.000

Programmalijn Zelfredzaamheid

Begroting voor
wijziging 2021

Begroting na
wijziging 2021

Rekening
2021

%

Verschil

Baten

9.170

8.798

7.728

88%

-1.069

Lasten

115.602

117.802

109.937

93%

7.865

Saldo Zelfredzaamheid

-106.433

-109.004

-102.209

94%

6.795

Programmalijn Zelfredzaamheid

Wijkteams algemeen
Wijkteams algemeen bestaat uit diverse jeugd- en Wmo-producten en de organisatiekosten van de wijkteams.
De belangrijkste afwijkingen inclusief de afwijking met de FinRap 2021  worden hieronder toegelicht.

Wijkteams algemeen € 1.507.000 voordeel op de lasten (waarvan  € 274.000 corona-gerelateerd)
Jeugd:

  • Prestatiecontractering jeugdhulp: € 3.002.000 voordeel. De instroom in 2021 was moeilijk te voorspellen vanwege corona en is lager dan voorzien. Het is medio 2021 niet gelukt om een peilstokmoment in te bouwen zodat tussentijds de budgetten aangepast konden worden aan de realisatiecijfers.  Enkele aanbieders hebben hun zorg anders verleend; korter en intensiever en hierdoor goedkoper. De contracten zijn hier niet tussentijds op aangepast.
  • PGB’s: € 256.000 voordeel als gevolg van een lagere instroom en kortere duur van trajecten.  We zien dat deze ontwikkeling zich in hogere mate heeft voorgedaan dan ten tijde van de FinRap 2021 was voorzien. Destijds werd nog uitgegaan van een voordeel van € 180.000.
  • Landelijke jeugdzorg: € 377.000 nadeel als gevolg van doorlopende casuïstiek uit 2020 en een lichte stijging van de instroom. Dit nadeel is iets gunstiger dan bij de FinRap 2021 was geprognosticeerd (nadeel € 500.000).
  • Regionale jeugdvoorzieningen: € 296.000 nadeel. Het nadeel is een gevolg van de meerkosten van de nieuwe crisisdienst die per 2021 op kleinere schaal is georganiseerd dit nadeel is conform de melding bij de FinRap 2021.
  • Jeugd maatwerkdiensten niet gecontracteerd aanbod:  € 765.000 nadeel. Er is in 2021 sprake van doorlopende verplichtingen vanuit 2020. Daarnaast is de instroom als gevolg van de oplopende wachtlijsten bij het gecontracteerde aanbod in de afgelopen periode harder gestegen dan voorzien bij de FinRap 2021 (nadeel € 200.000).
  • Subsidie gecertificeerde instellingen: € 599.000 voordeel als gevolg van minder instroom en daarmee lager verstrekte subsidies aan gecertificeerde instellingen.

WMO:

  • PGB’s Wmo:  € 926.000 voordeel. Dit voordeel is ontstaan als gevolg van onder meer de daling van de PGB’s eigen netwerk en Hulp bij Huishouden (HbH), en de keuze voor Zorg In Natura (ZIN) met name bij ouderen. We zien dat deze ontwikkeling nog sterker heeft doorgezet dan ten tijde van de FinRap 2021 was voorzien (geprognosticeerd voordeel € 500.000).
  • Hulp bij het huishouden: € 1.033.000 voordeel. Dit voordeel is gelegen in een aantal factoren: de definitieve Overheidsbijdrage van de arbeidskosten (OVA) indexpercentage ligt lager dan verwacht (1,72% t.o.v. de verwachte 3,24%). In de begroting 2021 is rekening gehouden met een bedrag van € 1.004.000 ter dekking van de meerkosten van de aanpassing richttijden HbH als gevolg van een uitgevoerd onafhankelijk onderzoek. Daarbij was uitgegaan van integrale invoering en herindicatie van alle bestaande cliënten in 2021. De richttijden zijn aangepast en het college heeft besloten dat voor bestaande cliënten de beoordeling op basis van nieuwe richttijden plaats vindt bij herindicatie na afloop van de bestaande indicatie. Dit betekende een gefaseerde aanpak en daarmee ook gefaseerde kostenstijging in 2021 en 2022 in plaats van volledig in 2021.  Wel zien we het laatste kwartaal een sterkere stijging van het aantal cliënten dan verwacht. En tot slot is de daadwerkelijke ureninzet in het laatste kwartaal enigszins beperkt als gevolg van corona. Het voordeel valt daarom positiever uit dan bij de FinRap 2021 was geprognosticeerd. Voor de gevolgen van de  herindicaties die in 2022 in plaats van in 2021 plaatsvinden wordt een resultaatbestemmingsverzoek ingediend.

Overig:

  • Sturing en Inkoop: de regionale projectkosten hebben geleid tot een nadeel van € 124.000
  • Programmabrede opgave: over 2021 is voor het programma Gezond en Actief Venlo een opgave van € 450.000 bepaald. Deze is weliswaar opgenomen in het organisatieproduct Wijkteams algemeen maar wordt binnen het gehele programma Gezond & Actief opgevangen.\
  • Als gevolg van een BBV wijziging is activering van hulpmiddelen zoals afgelopen jaren heeft plaats gevonden niet meer toegestaan. Dit heeft als gevolg dat de huidige boekwaarde van alle WMO-hulpmiddelen ter hoogte van € 2.250.000 miljoen ineens afgeboekt wordt, ten laste van het resultaat 2021.

Beschermd Wonen: € 5.383.000 voordeel op de lasten en € 207.000 nadeel op de baten.
Het nadeel van € 207.000 betreft voornamelijk een lagere eigen bijdrage vanwege een hogere instroom in de WLZ dan eerder voorzien.
Het voordeel op Beschermd Wonen wordt met name veroorzaakt door:

  • PGB: voordeel € 1.059.000. Dit is met name het gevolg van de overstap van cliënten naar de WLZ. Door achterstanden bij het CIZ is pas later inzichtelijk geworden dat veel meer cliënten met een PGB BW en BT de overstap hebben gemaakt naar de Wlz. Het financiële effect hiervan blijkt hoger dan ten tijde van de FinRap 201 werd aangenomen.
  • Zorg in Natura: voordeel van € 4.323.000. Dit  voordeel is ontstaan doordat meer cliënten de overstap hebben gemaakt naar de WLZ dan vooraf ingeschat vanwege de aangepaste criteria CIZ.
  • Vertraagde Wlz en frictiekosten: nadeel € 1.656.000. Het nadeel is een gevolg van de vertraging bij het CIZ, waardoor gemeenten langer verantwoordelijk zijn geweest voor beschermd wonen cliënten die recht hebben op een Wlz indicatie. Dit is nagenoeg in lijn met de FinRap 2021.
  • Safe Houses: voordeel van € 145.000 als gevolg van minder cliënten die gebruik maakten van Safe Houses.
  • Compensatie transformatie beschermd wonen aan de regiogemeenten: voordeel € 80.000. Dit is als gevolg van een nog niet meegenomen voordeel uit 2020.
  • Doordecentralisatie: nadeel € 114.000 als gevolg van lagere kosten MGR en projectleider.
  • Ambulantiseringsmiddelen: voordeel € 645.000. In lijn met de FinRap 2021 zijn er minder aanvragen ingediend door de regiogemeenten.
  • Incidentele projecten: voordeel € 840.000. Belangrijkste redenen zijn lagere kosten voor een project in Weert en het niet doorgaan van project BW plus in Roermond.
  • Diverse overige kleine afwijkingen voor in totaal € 61.000 voordeel op de lasten.

Maatschappelijke Opvang:  voordeel € 99.000 lasten (waarvan - € 2.063.000 corona-gerelateerd)
Deze afwijking is hoofdzakelijk als volgt opgebouwd:

  • Voordeel van € 1.364.000 in verband met Blokhuismiddelen die nog niet volledig zijn uitgegeven. Deze middelen zijn bedoeld voor het realiseren van verbouwingen en een nieuwe opvanglocatie en dienen voor dit doel beschikbaar te blijven. Hiervoor zal een resultaatbestemmingsverzoek worden ingediend, daarnaast zullen we een verzoek doen voor het instellen van een bestemmingsreserve. Daarom is bij de FinRap 2021 geen rekening gehouden met de vrijval van deze middelen.
  • Voordeel van € 105.000 vanwege hogere eigen bijdrage en niet kunnen realiseren van het 6e trajecthuis.
  • Voordeel € 452.000 doordat de tijdelijke vrouwenopvang kleiner van opvang en sober van opzet is.
  • Voordeel € 220.000 lokale opvang, dit wordt grotendeels veroorzaakt doordat projecten vanuit regionale middelen gedekt zijn.

Zorg en veiligheidshuis/Ketenregie: voordeel  € 167.000 op lasten
Bij het anders organiseren van het Zorg- en Veiligheidshuis is geen invulling meer gegeven aan deze
functie. Dit voordeel is reeds bij de FinRap 2021 gemeld.

Zorg- en Veiligheidshuis: lasten € 493.000 voordeel, baten € 930.000 nadeel
Het Zorg- en Veiligheidshuis is in 2021 ondergebracht bij de gemeente Horst aan de Maas. Bij het opstellen van de begroting 2021 was hier nog geen zekerheid over en daarom is hier geen rekening mee gehouden. Nu het beheer is overgegaan naar gemeente Horst aan de Maas, vervallen de begrote baten (€930.000) en lasten (€ 493.000).

bedragen x € 1.000

Naam reserve

Begroting 2021 na wijz.

Rekening 2021

Verschil

Onttrekking

Toevoeging

Resultaat

Onttrekking

Toevoeging

Resultaat

Onttrekking

Toevoeging

Resultaat

Res. Arbeidsmarktbel.regio

398

1.580

-1.181

261

1.795

-1.534

-138

-215

-353

Res. Corona steunpakketten soc

323

-323

-323

-323

Res. Maatsch. opv. en versl.

125

125

67

67

-58

-58

Res.Innovatiebudg.Soc.dom.

1.000

-1.000

1.000

-1.000

Res.Jongeren persp.fonds

50

400

-350

24

400

-376

-26

-26

Res.Regio.actiep.Persp.op Werk

757

757

611

611

-146

-146

Res.Regionaal werkbedrijf

47

47

75

75

29

29

Reserve Coronafonds

167

167

-167

-167

Reserve Coronafonds t.b.v. gem

108

108

464

464

355

355

1. Gezond en actief Venlo

1.652

2.980

-1.328

1.502

3.517

-2.015

-150

-537

-688

De reserve Arbeidsmarktbeleid regio bestaat uit middelen voor de arbeidsmarktregio Noord-Limburg. Binnen de arbeidsmarktregio lopen diverse geldstromen (onder andere ESF-subsidies en provinciale subsidies) voor meerjarige projecten. Via de reserves blijven de middelen in meerdere jaarschijven beschikbaar voor deze regionale projecten.
Voor de reserve corona steunpakketten verwijzen we naar de toelichting op de product Algemene voorzieningen WMO en Jeugd
M.b.t. de reserve regionaal actieplan Perspectief op Werk vloeien de mutaties voort  uit een lager dan begroot gebruik van de regionale PoW-regeling, waardoor in 2021 minder uit de reserve is onttrokken.
Inzake de reserve coronafonds gemeenschapsaccommodaties is de onttrekking hoger dan begroot onder invloed van benodigde corona-gerelateerde kosten.

Deze pagina is gebouwd op 06/01/2022 08:29:38 met de export van 06/01/2022 08:15:46